Journaliste Kim Clemens op date met Berkeley International!

Rode of witte wijn, wilde hij graag weten. Een standaardvraag aan het begin van een standaarddate. ‘Onze klanten zijn mensen die door hun status discretie willen’, legt zaakvoerster Myrian Dassonville me uit wanneer ik een afspraak maak voor een introductiegesprek. ‘Bijvoorbeeld ceo’s die niet willen dat hun personeelsleden hen zien blinken op een gewone datingsite. Maar door de prijs zit er natuurlijk een zekere filter op ons ledenbestand.’

Het concept doet me wegdromen. Rijk trouwen, plots binnen handbereik. Voor mijn ogen flitsen beelden van tripjes naar de Seychellen, overzomeren op een zeiljacht ergens in de Caraïben, strakke penthouses in de stad en riante villa’s in het groen. Misschien wel opgepikt worden met een helikopter voor date nummer drie, en dineren bij kaarslicht onder de Eiffeltoren.

Wanneer ik op een mooie junidag aanbel aan een statig pand aan de Brusselse Louisalaan, friemel ik dan ook nerveus aan de rand van mijn jurk. Ik vind de bel niet. Geen hartjes of andere ongein die verraadt wat chique dames en heren hier zoeken. Uiteindelijk geraak ik toch bij de receptioniste die me een elegante trap op stuurt, richting de vakkundige koppelaarsters. Myriam ontvangt me met de glimlach. Klaar om twee uur lang álle juiste vragen te stellen. ‘Om te weten wie bij jou past’, zegt ze geruststellend.

GOUDEN KANS

Ik had nooit gedacht dat mijn perfecte man zich laat vatten in een ledenlijst. Maar vraag na vraag valt de weerstand weg. Met zachte stem en stralende ogen peutert Annemieke moeiteloos de buitenste schillen van mijn ziel los. We hebben het over relatieperikelen. Over mijn opvoeding. Over dingen waar ik nog nooit bij had stilgestaan. ‘Wie in jouw omgeving kent je het beste? En hoe zouden zij jou omschrijven’, vraagt ze. Ik twijfel over mijn antwoorden. Wik en weeg mijn woorden. Voeg zo veel mogelijk nuances toe. Want dit zou maar eens moeten werken. Dan heb ik een gouden kans in handen die ik moét grijpen.

Annemieke vraagt niet welke hobby’s ik heb maar wat me inspireert. Maar wanneer we even afdwalen over inspirerende opera’s begin ik me af te vragen of de vissen in deze vijver wel zullen bijten aan een sobere worm als ik. En of dit misschien helemaal mijn vijver niet is. ‘Ja, gewicht is een factor’, antwoordt Annemieke eerlijk wanneer ik voor de verandering zelf een vraag stel. Misschien zijn deze succesvolle mannen wel vooral op zoek naar een mooi pronkstuk aan de arm. ‘De meesten zijn sportief en bezig met een fit lichaam. Maar ze zijn vooral op zoek naar vrouwelijkheid. En die heb je met hopen.’

Ik moet blozen. Kijk in een flits nog eens naar het bloemenjurkje dat ik heb aangetrokken en ben blij dat ik na het parkeren toch nog even een streep eyeliner op mijn ooglid verfde.Perfect mannenreceptIk knipper er even mee wanneer ze vraagt wat ik zelf zoek in een man. Wat een luxe. Effectief de ingrediënten oplijsten voor mijn perfecte mannenrecept. Iets helemaal anders dan het gebruikelijke antwoord: wat zich aandient en dan zien we wel. Qua karakter moet ik een mannelijke man, besluit Annemieke uit ons gesprek. ‘Eentje met een passie’, zeg ik. ‘Met veel humor, zelfrelativering en een open blik. Uiterlijk wil ik liefst een grote man. Die boven mijn meter 83 uittorent. De rest maakt me weinig uit.’ Ik stap weer naar buiten op een wolkje. Misschien lukt het hier wél.

DISCRETIE

Myriam gaat grasduinen door het ledenbestand op zoek naar de perfecte match. Dan stelt ze mij voor bij hem en omgekeerd. Zijn we allebei geïnteresseerd, dan krijgt hij mijn nummer en spreken we af. Na de date haalt ze feedback op. En aan de hand daarvan kan ze weer wat gaan verfijnen voor een volgende date. ‘We zijn dit jaar alweer op een paar huwelijken uitgenodigd’, zegt ze. ‘Dan stellen we ons wel voor als werkcontacten. Want ja, de discretie hé.’Die discretie is een forse hobbel op mijn ware liefdespad, zo blijkt een tweetal weken later.

Myriam heeft iemand voor me gevonden. 'Maar het is geen perfecte match’, zegt ze er direct bij. ‘Niet iedereen ziet een afspraak met een journaliste zitten en hij is iets te klein voor jou. 1.76 meter.’ Ze beschrijft Karel voor me. Een man van 37, werkzaam in de ziekenhuissector, met -net als ik- een liefde voor gastronomie en muziek. ‘Zoals Stef Bos en Toon Hermans.’ Niet meteen Rock Werchtermateriaal, al wil ik gerust nieuwe dingen leren kennen. ‘Hij staat op dezelfde manier in het leven als jij. Met een open vizier, zonder vooroordelen’, zegt Myriam. Het reclamepraatje werkt. Die paar centimeter, wat maken die uit als we verder klikken als John en Yoko, toch? ‘

Wat ik mis in lengte, maak ik goed met charme en humor’, zegt Karel zelf wanneer hij me opbelt om af te spreken. Zelfverzekerd, met een relativerende knik in zijn stem. We praten over zijn werktrip naar Dubai het komend weekend. Grappen dat ik naar daar zal komen voor de date. Maar prikken uiteindelijk een woensdagavond de week erna. ‘Om wat te eten’, stel ik voor. ‘Aangezien we dat allebei graag doen. Kies jij het restaurant maar.

CLICHÉSINGLE

Het wordt restaurant Auberge Napoleon, een klassezaak in Meise. En een met een naam die bewijst dat die zelfrelativering geen inbeelding was. Ik rijd er wat nerveus naartoe. Heb hetzelfde jurkje aangetrokken als bij het datingbureau en een paar haksandaaltjes. Die vrouwelijkheid, weet je wel. Achteraf gezien geen superidee, wanneer ik als een halve pinguin over het parkinggrind richting mijn date spartel. Knapte hij toen al op me af? Misschien wel. Want zo veelbelovend hij aan telefoon klonk, zo moeizaam verloopt de avond. Ik probeer een grapje. Over hoe ik de clichésingle ben met twee katten -geen twintig. Stilte.

Ik blijf wanhopig inhakken op het ijs, maar krijg het maar niet gebroken. We hobbelen van onderwerp naar onderwerp, praten voluit, maar maken geen klik. Karel kijkt vaak naar de tafels rondom. Tovert soms een kleine lach op zijn lippen, maar glimlacht nooit met zijn ogen -smizen, heet dat volgens hippe vogels- en kijkt afkeurend wanneer ik na de sabayon op het terras een sigaret opsteek. Dat deed ik trouwens bewust, want samen met de laatste lepel schuimende zoetigheid is ook mijn laatste sprankel interesse opgesoupeerd. Of we ook langs achter naar de parking kunnen, vraagt hij nog. En hij kijkt naar de haag die het terras omwalt. Vind hij het zo gênant om met mij door het restaurant te moeten? Wanneer we afscheid nemen - voor de laatste keer, zo weet ik al- ben ik gepikeerd. Deze date maakt me onzeker: het gevoel dat ik deze zomer vooral niét wilde krijgen.

‘Hij had er precies al van de eerste seconde geen zin meer in’, zeg ik achteraf aan Myriam. Ze zwijgt. Want haar had Karel net het omgekeerde verteld. Dat hij er enorm naar had uitgekeken. Maar dat het gesprek om de een of andere reden op de oppervlakte bleef hangen. Dat we nergens dieper op ingegaan waren. En dat er geen connectie was. Dat laatste klopt. Maar misschien moet ik er maar eens bij stilstaan dat ook mannen nerveus kunnen zijn. Oók mannen van een chique datingbureau, hoe hard ik ook geloof in het concept. En dat ik ze misschien beter in een iets meer ontspannen context leer kennen. Op vakantie bijvoorbeeld?